Huisje Daar had veel kamers. Eén van die kamers had een prachtig bed — zacht dekbed, kussens als wolken, en een venster waardoor maanlicht binnenviel. “Is dat mijn kamer?” vroeg Kleine Beer opgewonden.
Harde Beer lachte. “Nee hoor, die is voor logés of voor als er familie komt. Jij slaapt bij mij in het grote bed. Dat is gezelliger.”
Kleine Beer zei niks. Hij wilde geen ruzie. En dus legde hij zijn pyjama op de rand van Harde Beer’s bed.
Die nacht lag hij stilletjes onder de grote deken. Harde Beer snurkte luid. Kleine Beer keek naar het plafond. Hij kon niet slapen. De kamer voelde te vol, het bed te groot en toch… te krap.
Toen het ochtend werd, was hij moe. “Heb je lekker geslapen?” vroeg Harde Beer.
Kleine Beer knikte maar voelde zich zwaar.
Elke keer als hij kwam logeren, lag zijn pyjama weer klaar in Harde Beer’s kamer. En elke keer keek hij naar dat andere bed. Het mooie bed. Het lege bed.
Bij Zachte Beer, in Huisje Hier, vertelde hij op een dag wat hem dwarszat. “Harde Beer vindt het gezelliger als ik bij hem slaap. Maar ik slaap niet goed.”
Zachte Beer pakte een dekentje en vouwde het op haar schoot. “Wat zou jij willen?”
“Ik wil in mijn eigen kamer. Zoals hier,” zei Kleine Beer.
Zachte Beer glimlachte. “Je mag dat zeggen, weet je? Soms denken grote beren dat iets fijn is voor jou, omdat het dat voor hen is. Maar alleen jij weet wat goed voelt.”
De volgende keer dat hij naar Huisje Daar ging, nam Kleine Beer iets mee: een tekening van een bed met zijn naam erop.
Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Ut elit tellus, luctus nec ullamcorper mattis, pulvinar dapibus leo.
Toen Harde Beer zijn pyjama op het grote bed legde, haalde Kleine Beer de tekening tevoorschijn. “Ik wil liever daar slapen,” zei hij zacht. “In dat mooie bed.”
Harde Beer keek verbaasd. Hij wilde iets zeggen, maar toen keek hij naar de tekening. En zuchtte. “Als jij daar beter slaapt, dan mag dat.”
Die nacht sliep Kleine Beer in het mooie bed. Alleen. En hij sliep heerlijk.
Want soms is er niets mis met apart slapen — als het je helpt dicht bij jezelf te blijven.
Reflectievragen
Waarom moest Kleine Beer in het grote bed van Harde Beer slapen?
Hoe voelde hij zich daar?
Wat leerde hij van Zachte Beer over zijn eigen keuzes?
Wanneer voel jij je fijn in je eigen ruimte?
