Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de laatste valentijn

Het verhaal van de laatste valentijn

Zachte Beer had haar best gedaan. De tafel was prachtig gedekt met een wit kleed, zachte kaarsjes flakkerden in het schemerlicht en de geur van versgebakken brood vulde de kamer. Ze had een heerlijke maaltijd gemaakt: warme groentesoep, versgebakken brood met honing en een stuk frambozentaart als toetje. Dit was een avond om iets bijzonders te vieren. Een avond om stil te staan bij elkaar.

Toen Harde Beer binnenkwam, keek hij vluchtig naar de tafel en plofte neer op zijn stoel. “Eindelijk eten,” mompelde hij terwijl hij zijn bord vol schepte, zonder echt rond te kijken.

Zachte Beer glimlachte naar hem, hoopvol. “Ik dacht dat het fijn zou zijn om een speciale avond samen te hebben,” zei ze zacht.

Harde Beer haalde zijn schouders op en pakte zijn lepel. “Al dat gedoe met Valentijn… onzin toch? Liefde laat je niet zien met een diner.” Hij nam een hap soep en pakte vervolgens zijn telefoon, scrollend door berichten.

Zachte Beer keek naar hem, haar glimlach vervaagde langzaam. “Het gaat niet alleen om het diner, Harde Beer. Het gaat om aandacht voor elkaar, even echt samen zijn.”

Harde Beer bromde iets onverstaanbaars en lachte om iets wat hij op zijn scherm zag. Hij reageerde op een bericht en schudde zijn hoofd. “Ja, ja, gezellig hoor,” mompelde hij, zonder op te kijken.

Zachte Beer nam een slok van haar thee en keek naar de flikkerende kaarsen. Ze had zich deze avond anders voorgesteld. Ze had gedacht dat ze samen zouden praten, herinneringen zouden ophalen, misschien zelfs een beetje lachen. Maar Harde Beer leek niet eens te merken hoe veel moeite ze had gedaan.

“Als je liefde niet laat zien, hoe weet iemand dan dat het er is?” vroeg ze zacht, haar stem warm maar doordringend.

Harde Beer keek even op en trok een wenkbrauw op. “Jij weet toch wel dat ik hier ben? Dat is toch genoeg?”

Zachte Beer glimlachte zwakjes. “Aanwezig zijn is niet hetzelfde als er écht zijn, Harde Beer.”

Harde Beer zuchtte, legde zijn telefoon weg en at verder zonder iets te zeggen.

De stilte vulde de ruimte. Zachte Beer at een paar happen, maar het smaakte haar minder dan ze had gehoopt. Dit had een avond moeten zijn waarop ze dichter bij elkaar kwamen, maar in plaats daarvan voelde de afstand tussen hen groter dan ooit.

Toen Harde Beer zijn laatste hap had genomen, schoof hij zijn bord van zich af en leunde achterover.

“Misschien kunnen we samen de afwas doen,” stelde Zachte Beer voorzichtig voor. “Dan kunnen we even bijpraten over onze dag.”

Harde Beer keek haar aan alsof ze iets vreemds had gezegd. “Serieus? Ik heb al een hele dag gewerkt, Zachte Beer. Daar heb ik echt geen zin in.”

 

Hij stond op, pakte zijn telefoon en liep zonder nog iets te zeggen de kamer uit.

Zachte Beer bleef achter. Ze keek naar de tafel, naar de lege borden en de uitgebrande kaarsen. Ze wist niet waarom ze had gehoopt dat het anders zou zijn.

Zonder een woord te zeggen, begon ze de borden op te stapelen en naar de keuken te dragen. Ze zette de kraan aan en liet het warme water over haar poten stromen.

Ze zette een rustig muziekje op, iets zachts, iets vertrouwds.

En terwijl de damp van het afwaswater opstoomde en het geluid van het stromende water de stilte vulde, voelde ze een enkele traan over haar kaak rollen.

Kleine Beer lag in zijn bed, maar hij kon niet slapen. Vanuit zijn kamertje in Huisje Hier had hij alles gehoord. De stem van Zachte Beer, hoopvol en vriendelijk. De stem van Harde Beer, kortaf en ongeïnteresseerd. En daarna… stilte.

Voorzichtig kroop hij uit bed en liep op zijn tenen naar de keuken. Hij keek om het hoekje en zag Zachte Beer bij de gootsteen staan. Ze deed de afwas, terwijl het warme licht van de kaarsjes om haar heen flakkerde. Kleine Beer zag de eenzame traan die langzaam over haar wang gleed.

Zijn hartje kneep samen. Hij had Zachte Beer nog nooit zo stil en verdrietig gezien.

Zachte Beer hoorde hem niet toen hij dichterbij kwam. Pas toen hij zachtjes aan haar poot trok, draaide ze zich verrast om.

“Kleine Beer, wat doe jij nog op?” vroeg ze met een zachte stem, terwijl ze haar tranen snel wegveegde.

“Ik hoorde alles,” fluisterde Kleine Beer. “Ik hoorde wat Harde Beer zei.”

Zachte Beer opende haar mond om iets te zeggen, maar sloot hem weer.

Kleine Beer pakte haar poot stevig vast. “Waarom doet Harde Beer zo?” vroeg hij. “Je had zo je best gedaan…”

Zachte Beer glimlachte zwakjes en streek met haar vrije poot over zijn kopje. “Soms, Kleine Beer, zien sommige beren niet hoeveel liefde er in kleine dingen zit. Ze denken dat aanwezig zijn genoeg is, zonder echt te kijken of te luisteren.”

“Dat is niet eerlijk.”

Zachte Beer haalde diep adem en knikte. “Nee, dat is het niet.”

Kleine Beer twijfelde even en vroeg toen: “Ben je boos op hem?”

Zachte Beer keek naar de kaarsjes en schudde haar hoofd. “Nee, ik ben niet boos. Ik ben gewoon… verdrietig.”

Kleine Beer kroop op een stoel en sloeg zijn kleine pootjes om haar heen. “Ik vind dat je het heel mooi had gemaakt, Zachte Beer. Ik vond het speciaal.”

Zachte Beer voelde hoe haar hart warm werd van de omhelzing. Ze sloot haar armen om Kleine Beer heen en drukte haar snuit tegen zijn zachte vacht.

“Dank je, Kleine Beer,” fluisterde ze.

Ze bleven zo even zitten, gewoon samen, zonder woorden.

Toen sprong Kleine Beer van de stoel en pakte een doekje. “Ik ga helpen met afdrogen,” zei hij vastberaden.

Zachte Beer lachte zacht en gaf hem een bord aan. “Dat lijkt me een prachtig idee.”

Samen maakten ze de keuken schoon, terwijl de kaarsjes langzaam verder brandden. De afwas was misschien niet bijzonder, maar het moment samen was dat wel.

Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van het gescheurde boek

Kleine Beer en het verhaal van het gescheurde boek

Het verhaal van het gescheurde boek

Op een regenachtige middag zit Kleine Beer in Huisje Daar bij Harde Beer. De dikke regendruppels tikken tegen het raam en Kleine Beer verveelt zich.

“Wat gaan we doen, Harde Beer?” vraagt hij.

Harde Beer bladert door zijn boekenkast en trekt een prachtig oud boek tevoorschijn. “Hier, dit is een geweldig boek! Je mag het lezen, maar wees er heel voorzichtig mee, want het is zeldzaam.”

Kleine Beer neemt het boek voorzichtig aan. Het heeft een leren kaft en glimmende gouden letters op de voorkant. Hij voelt zich trots dat Harde Beer hem vertrouwt met zo’n bijzonder boek.

Hij nestelt zich in een hoekje en begint te lezen. Het is een spannend verhaal over een dappere ridder en een draak. Hij slaat snel de bladzijden om, helemaal in het verhaal verzonken. Maar dan gebeurt het…

Krraaaak!

Kleine Beer schrikt. Hij kijkt naar het boek in zijn poten en ziet tot zijn schrik dat een van de bladzijden is gescheurd! Zijn hart bonkt in zijn borst. Wat moet hij doen? Harde Beer had gezegd dat het boek zeldzaam was.

Misschien merkt Harde Beer het niet als hij het boek snel teruglegt? Maar dat voelt niet goed… Toch durft hij het niet te vertellen. Hij blijft zitten, alsof hij in een steen is veranderd.

Een tijdje later komt Harde Beer binnen. “En? Hoe vond je het boek?”

Kleine Beer slikt en schuift het boek langzaam terug naar Harde Beer. “Het was heel mooi,” zegt hij zachtjes.

Harde Beer pakt het boek op en bladert erdoorheen. Opeens blijft hij stil staan. Zijn ogen vernauwen zich.

“Kleine Beer… heb jij deze bladzijde gescheurd?”

Kleine Beers hart bonkt nog harder. “Eh… misschien een beetje per ongeluk…” fluistert hij.

Harde Beer fronst en slaat zijn armen over elkaar. “Per ongeluk? Je moet beter opletten, Kleine! Dit is een kostbaar boek en jij maakt het kapot!”

Kleine Beer voelt tranen in zijn ogen prikken. Hij had het niet expres gedaan…

Hij rent naar buiten, de regen in, en loopt snel naar Huisje Hier, waar Zachte Beer net thee aan het zetten is.

Zachte Beer ziet meteen dat Kleine Beer verdrietig is. “Wat is er, Kleine Beer?” vraagt zij zachtjes.

 

Kleine Beer en het verhaal van het gescheurde boek

Kleine Beer haalt diep adem en vertelt over het boek en hoe hij een bladzijde had gescheurd. “Harde Beer werd boos… en nu voel ik me heel stom.”

Zachte Beer zet een warme mok thee voor Kleine Beer neer en knielt bij hem neer. “Weet je, iedereen maakt weleens een fout, Kleine Beer. Dat betekent niet dat jij stom bent.”

Kleine Beer snuift. “Maar het was een speciaal boek… En nu is het kapot.”

“Misschien is het beschadigd, maar dat betekent niet dat het onherstelbaar is,” glimlacht Zachte Beer. Hij loopt naar een kast en haalt een rolletje plakband tevoorschijn.

Voorzichtig pakt hij een oud boek uit zijn eigen kast, dat hier en daar wat plakbandrandjes heeft. “Zie je? Boeken kunnen gerepareerd worden. Net als fouten.”

Kleine Beer kijkt verbaasd. “Dus… ik kan het goedmaken?”

“Tuurlijk,” knikt Zachte Beer. “En het helpt als je eerlijk vertelt dat je het niet expres hebt gedaan.”

Met een klein beetje meer moed loopt Kleine Beer terug naar Huisje Daar. Harde Beer zit nog steeds met het boek in zijn poot.

“Harde Beer…” begint Kleine Beer voorzichtig. “Het spijt me echt dat ik de bladzijde heb gescheurd. Ik had beter moeten opletten. Maar… misschien kunnen we het samen repareren?”

Harde Beer bromt iets onverstaanbaars, maar kijkt naar de plakbandrol in Kleine Beers poot. Na een ongemakkelijke stilte volgt “Nou ja… vooruit dan maar, als jij het doet,”. Uiteindelijk.

Voorzichtig plakt Kleine Beer de bladzijde weer vast. Het boek is niet meer perfect, maar het verhaal is nog steeds hetzelfde.

Kleine Beer voelt zich opgelucht. Hij heeft geleerd dat eerlijk zijn belangrijker is dan bang zijn voor fouten. En dat zelfs gescheurde dingen, net als gevoelens, altijd een beetje te repareren zijn, ook als hij het alleen moet doen.

Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de honingpot

Harde Beer wordt boos

De verdwenen honingpot

Harde Beer wordt boos

In Huisje Hier wonen Zachte Beer, Harde Beer en Kleine Beer samen. Het is een gewone ochtend en de zon schijnt door het raam terwijl Kleine Beer aan de tafel zit met een kommetje havermout.

“Waar is mijn honingpot?!” brult Harde Beer plotseling vanuit de keuken.

Kleine Beer schrikt en kijkt naar Zachte Beer, die rustig zijn thee inschenkt.

“Welke honingpot bedoel je, Harde Beer?” vraagt Zachte Beer kalm.

“De grote! De lekkerste! Ik had hem gisteren nog!” Harde Beer loopt stampvoetend de kamer in en kijkt beschuldigend rond. “Iemand heeft hem weggehaald!”

Kleine Beer schuift ongemakkelijk op zijn stoel. Hij vindt het niet fijn als Harde Beer zo boos is.

“Misschien hebben we hem al opgemaakt?” stelt Zachte Beer voor.

“Onzin!” snauwt Harde Beer. “Jij ruimt altijd alles op! Wedden dat jij hem ergens hebt verstopt?”

Kleine Beer kijkt gespannen naar Zachte Beer. Hij weet dat Zachte Beer nooit dingen zomaar verstopt.

“Ik verstop niets, Harde Beer,” zegt Zachte Beer geduldig. “Misschien kunnen we samen even kijken?”

“Ik weet al genoeg!” gromt Harde Beer. “Jij doet altijd zo verstandig, maar ondertussen haal je gewoon mijn spullen weg!”

Kleine Beer krimpt in elkaar en kijkt naar Zachte Beer, die even naar hem knipoogt.

“Kom, Kleine Beer,” zegt Zachte Beer zachtjes. “Wil je me helpen met de was opvouwen?”

Kleine Beer knikt opgelucht en volgt Zachte Beer naar een andere kamer, weg van het boze gestamp van Harde Beer. Terwijl ze samen de handdoeken vouwen, hoort Kleine Beer Harde Beer nog steeds mopperen.

“Waarom is Harde Beer zo boos?” fluistert Kleine Beer.

Zachte Beer zucht en strijkt een vouw glad. “Soms, Kleine Beer, worden beren boos om kleine dingen, vooral als ze denken dat ze de controle verliezen. Maar dat is niet jouw schuld.”

Kleine Beer knikt. Hij voelt zich veiliger bij Zachte Beer.

Even later klinkt een harde plof vanuit de keuken.

“Ah, hier is mijn honingpot!” bromt Harde Beer.

Zachte Beer en Kleine Beer kijken de keuken in en zien de honingpot achter een stapel borden staan.

Kleine Beer kijkt naar Zachte Beer, die niet boos of triomfantelijk kijkt, alleen maar zacht glimlacht.

Harde Beer schraapt zijn keel. “Nou, dan eet ik nu mijn honing.”

Kleine Beer kijkt naar Zachte Beer. “Hij zegt geen sorry,” fluistert hij.

Zachte Beer knikt. “Sommige beren zeggen niet snel sorry. Maar wij weten hoe het echt zat, toch?”

Kleine Beer glimlacht en vouwt de laatste handdoek op. Hij weet dat hij veilig is bij Zachte Beer, zelfs als Harde Beer moppert over honing.

Geplaatst op 2 reacties

Het verhaal van zwemmende Kleine Beer

Kleine Beer en Narcisme zwemmend

Op een zonnige dag besloot Kleine Beer te gaan zwemmen in het meer bij Huisje Daar. Het was een heerlijke plek, met helder water en vrolijk kwetterende eenden. Kleine Beer voelde zich een beetje onzeker, want zwemmen kon hij nog niet zo lang. Hij droeg zijn zwembandjes stevig om zijn armen en stapte voorzichtig het frisse water in.

Kleine Beer stapt dieper het meertje in, tot waar hij niet meer op zijn pootjes kan staan en begint te watertrappelen. Hij probeert zijn armen ook te bewegen en komt langzaam in beweging.

Niet veel later kwam Harde Beer aangewandeld. “Kijk eens aan! Daar is mijn zwemkampioen!” riep hij enthousiast. Kleine Beer glimlachte verlegen, terwijl hij traag door het water ploeterde. “Zwem maar snel verder!”

Plots zwom een eend snel voorbij Kleine Beer. Kleine Beer stopte even met peddelen en keek naar de kant. “Harde Beer, zie je dat? Ik ben echt nog traag.” Zegt hij droef.

“Onzin, Kleine Beer!” zei Harde Beer met een brede glimlach. “Jij wordt de beste zwemmer die ik ooit heb gezien. Een berebeste zwemmer, net zoals ik! Weet je wat? Er is binnenkort een zwemwedstrijd in het dorp. Hoe leuk zou het zijn moest je die winnen?!”

Kleine Beer keek verbaasd. “Maar Harde Beer, ik ben nog helemaal niet zo goed. Ik gebruik zelfs nog mijn zwembandjes.”

“Ach,” zei Harde Beer, terwijl hij zich breed maakte. “Jij kan toch perfect zonder die bandjes zwemmen? Echt, je techniek is goed, als je het maar echt wil, kan je zelfs de zwemwedstrijd in het dorp winnen binnenkort! En ik zal je aanmoedigen!.”

 

Kleine Beer en Narcisme zwemmend

Later die dag ging Kleine Beer naar Huisje Hier, waar Zachte Beer hem opwachtte. “Hoe was het zwemmen vandaag, Kleine Beer?” vroeg Zachte Beer zachtjes.

Kleine Beer zuchtte en vertelde over Harde Beer die zei dat hij de beste zwemmer was en over de zwemwedstrijd. “Maar ik kan helemaal nog niet goed zwemmen!,” zei hij eerlijk. “Ik ben nog aan het oefenen.”

Zachte Beer glimlachte en gaf Kleine Beer een knuffel. “Je bent al fantastisch, gewoon omdat je het probeert en er plezier in hebt. Het is niet belangrijk om de beste te zijn, maar om blij te zijn met wat je doet. Wat Harde Beer denkt dat hij je motiveert door te zeggen dat je het al geweldig kan, terwijl je nog maar begint. Het is goed dat jij zelf weet wat je wilt en kunt.”

Kleine Beer keek op en knikte. “Ik denk dat ik eerst nog even blijf oefenen voordat ik aan een wedstrijd meedoe. Misschien doe ik later mee, als ik er echt klaar voor ben.”

“Dat klinkt als een heel goed plan, Kleine Beer,” zei Zachte Beer. “Zullen we samen oefenen morgen? Gewoon rustig aan, voor de lol?”

“Ja, graag!” riep Kleine Beer blij. Hij voelde zich meteen lichter.

Geplaatst op 2 reacties

Het verhaal van te veel cadeautjes

Kleine Beer in speelgoedwinkel

Kleine Beer zit in Huisje Daar met Harde Beer. Vandaag is het een speciale dag, want Harde Beer heeft besloten om Kleine Beer te verwennen. Gewoon, omdat het kan!

“Wat wil je doen vandaag, Kleine?” vraagt Harde Beer met een grote glimlach.

“Ik wil graag naar het park,” zegt Kleine Beer enthousiast.

“Nee, nee, we gaan iets veel leukers doen!” Harde Beer neemt Kleine Beer mee naar de speelgoedwinkel. Ze lopen langs rijen en rijen speelgoed, en Harde Beer begint alles aan te wijzen. “Wat denk je van deze auto? En deze pop? Of misschien deze blokken?”

Kleine Beer in speelgoedwinkel

 

Kleine Beer voelt zich overweldigd. “Maar ik heb al veel speelgoed, Harde Beer.”

“Dat maakt niet uit, Kleine! Vandaag krijg je alles wat je wilt!” Harde Beer begint speelgoed in een winkelkarretje te gooien. Auto’s, poppen, puzzels, bouwsets, het houdt niet op.

Kleine Beer kijkt naar de stapel speelgoed en voelt zich een beetje ongemakkelijk. “Dank je wel, Harde Beer,” zegt hij zachtjes.

“Je verdient het allemaal, Kleine! Zachte Beer zou je dit nooit geven! Nee toch, hé, Kleine Beer?” zegt Harde Beer met een grijns.

Ze gaan naar Huisje Daar met meer speelgoed dan ze kunnen dragen. Kleine Beer weet niet goed waar eerst te beginnen.

Een tijdje later is Kleine Beer bij Zachte Beer in Huisje Hier. Zachte Beer merkt meteen dat Kleine Beer stil en een beetje verdrietig is.

“Wat is er, Kleine Beer?” vraagt Zachte Beer zachtjes.

Kleine Beer haalt diep adem en vertelt over de speelgoedwinkel. “Harde Beer wilde niet met me naar het park. En daarna heeft Harde Beer me zoveel speelgoed gegeven, maar hij zei ook dat jij dat nooit zou doen.”

Zachte Beer knielt neer en kijkt Kleine Beer recht in de ogen. “Mijn klein Beertje toch, veel speelgoed gaan kopen kan leuk zijn, maar het gaat niet om de hoeveelheid. Je zal altijd genoeg speelgoed hebben om je te amuseren, daar zorg ik voor!

Wat Zachte Beer erg belangrijk vindt, is dat je gelukkig bent en dat je weet dat je geliefd bent, ongeacht hoeveel speelgoed je hebt.”

Kleine Beer knikt langzaam. “Ik voelde me een beetje verdrietig toen Harde Beer dat zei.”

Zachte Beer glimlacht en geeft Kleine Beer een knuffel. “Je mag me altijd vertellen hoe je je voelt. Ik begrijp dat het raar is, niet blij zijn met al dat speelgoed. Soms overdrijft Harde Beer met zijn cadeautjes en vergeet gewoon leuke dingen te doen. Vergeet niet, Kleine Beer, daar gaat het om.

Grenzen aangeven:

  1. Hoe denk je dat Kleine Beer zich voelde toen hij al dat speelgoed kreeg?
  2. Vind je het gezond om altijd te krijgen wat je wilt, zoals bij het speelgoed? Waarom wel of niet?
  3. Denk je dat het belangrijk is hoe Harde Beer zijn aandacht en cadeaus geeft aan Kleine Beer?

Zelfinzicht:

  1. Wat zou er gebeuren als Kleine Beer zelf mocht kiezen wat hij echt wilde doen?
  2. Waarom doen de vele cadeautjes Kleine Beer niet veel?
  3. Heb je soms het gevoel dat anderen proberen je gelukkig te maken op een manier die jij niet echt wilt?

Emotionele veerkracht:

  1. Hoe voelde Kleine Beer zich toen hij zoveel speelgoed kreeg maar niet naar het park mocht?
  2. Heb je ooit gemerkt dat iemand anders denkt dat ze weten wat het beste voor jou is, maar dat voelt niet goed voor jou? Wat deed je toen?
  3. Wat vind je van de manier waarop Zachte Beer luisterde naar Kleine Beer’s gevoelens? Hoe zou jij je voelen als iemand echt naar jou luistert?
Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de nieuwe hobby

Narcistische beer golft

Kleine Beer zit in Huisje Daar met Harde Beer. Het is een zonnige dag, en Harde Beer lijkt opgewonden.

“Kleine Beer, ik heb iets nieuws voor ons!” zegt Harde Beer enthousiast.

Kleine Beer kijkt nieuwsgierig op. “Wat is het, Harde Beer?”

“We gaan een nieuwe hobby beginnen. We gaan golfen!” Harde Beer houdt een glimmende nieuwe golfclub omhoog en wijst naar een set golfballen in een tas.

Kleine Beer kijkt verbaasd. “Maar Harde Beer, ik heb nog nooit gegolfd.”

“Dat maakt niet uit, Kleine! Ik zal je alles leren. Golf is geweldig. Het is niet alleen leuk, maar we komen er ook interessante mensen tegen.” Harde Beer kijkt trots naar de golfuitrusting.

Ze gaan naar een prachtige golfbaan. Harde Beer legt alles uit en laat zien hoe hij de golfclub vasthoudt en de bal slaat. Hij straalt zelfvertrouwen uit en pronkt met zijn vaardigheden.

Kleine Beer probeert het ook, maar het blijkt moeilijker dan het lijkt. Hij mist de bal een paar keer en raakt gefrustreerd.

Narcistische beer golft

“Probeer het nog eens, Kleine! Kijk hoe goed ik het doe.” Harde Beer slaat nog een keer en de bal vliegt ver weg.

Kleine Beer voelt zich een beetje ongemakkelijk. “Ik weet niet zeker of ik dit leuk vind, Harde Beer.”

“Jawel, dat komt wel. Golfen is goed. Het is goed dat we hier vrienden mee maken! We zullen indruk maken op iedereen.” Harde Beer knikt naar een paar andere dieren die toekijken.

Kleine Beer probeert het opnieuw, maar zonder veel succes. Hij zucht en kijkt naar Harde Beer, die met anderen staat te praten.

Een tijdje later, terug in Huisje Hier, is Kleine Beer bij Zachte Beer.

“Hoe was het bij Harde Beer? Hebben jullie leuke dingen gedaan, Kleine Beer?” vraagt Zachte Beer zachtjes.

Kleine Beer vertelt over het golfen en hoe Harde Beer hem aanmoedigde om het te doen, zelfs als hij het niet leuk vond. “Harde Beer zei dat het belangrijk is om te kunnen golfen en er nieuwe vrienden te maken.”

Zachte Beer glimlacht begripvol. “Het is goed om nieuwe dingen te proberen, maar soms duurt het even voor je er goed in bent. Het is wel belangrijk dat jij je amuseert, wat anderen er van denken is niet zo belangrijk.”

Kleine Beer knikt langzaam. “Ik vond het niet leuk om te golfen, Zachte Beer. Ik voel me beter als ik dingen doe die ik echt leuk vind.”

“Ga dan nog maar even basketten, is dat goed?”

Kleine Beer vertrekt met een vaart, op zoek naar zijn basketbal. Zachte Beer hoort nog net een ‘Jeej’ als de deur toevliegt.

Helpende vragen

Grenzen aangeven:

  1. Heb je het gevoel dat Harde Beer goed geluisterd heeft naar hoe Kleine Beer zich voelde?
  2. Denk je dat het gezond is om een hobby te doen alleen maar om anderen te imponeren? Waarom wel of niet?
  3. Hoe belangrijk vind jij het dat je plezier hebt in wat je doet, in plaats van goed te zijn in iets?

Zelfinzicht:

  1. Waarom denk je dat Harde Beer zo graag wilde gaan golfen als nieuwe hobby?
  2. Hoe Heb je ooit een nieuwe hobby geprobeerd waar je niet echt van genoot? Hoe voelde dat?
  3. Wat zou er gebeuren als Kleine Beer eerlijk zei dat hij niet van golf houdt? Hoe zou Harde Beer reageren?
  4. Denk je dat het belangrijk is om dingen te proberen omdat anderen denken dat het goed voor je is? Waarom wel of niet?

Emotionele veerkracht:

  1. Hoe voelde Kleine Beer zich toen hij golf probeerde maar er niet goed in was?
  2. Wat zou jij doen als je iets probeert en het lukt niet meteen? Hoe zou je je voelen?
  3. Wat vind je van de manier waarop Zachte Beer reageerde op Kleine Beer’s ervaring met golf? Hoe zou jij je voelen als iemand je aanmoedigt om te doen wat je leuk vindt?
Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van het museum

Beren in het museum

Kleine Beer en Harde Beer gaan samen naar het museum. Ze maken er een dagje van, Harde Beer wilt graag gaan kijken naar een nieuwe tentoonstelling. Kleine Beer is erg benieuwd, hij is nog nooit naar een tentoonstelling in een museum geweest.

Ze lopen samen het mooie, grote gebouw binnen, langs een enorme poort. Kleine Beer is een beetje onder de indruk. Wat een hal! Het is duidelijk een heel groot museum.

“Goed, Kleine, volg me, dan gaan we naar de schilderijen kijken!” geeft Harde Beer instructie.

Kleine Beer geeft hem een stevig pootje en Harde Beer loopt met hem een lange gang met beelden door. Ze blinken. Kleine Beer denkt bij zichzelf “Die worden mooi gepoetst, die zullen niet snel kapot gaan.” Hij gniffelt bij zichzelf en denkt even aan Zachte Beer.

Ze komen aan in een grote kamer, met overal waar je kijkt schilderijen. Grote en kleine schilderijen door elkaar, sommigen met dieren op, sommige met landschappen en nog anderen met vreemde figuren. Er zijn er hele kleurrijke bij, met de felste kleuren die Kleine Beer zich kan bedenken en anderen lijken wel in één kleur geschilderd.

Er is zoveel om naar te kijken, maar Harde Beer doet teken om hem te volgen en gaat naar één klein schilderijtje. Hij gaat op een afstandje staan en kijkt heel intens naar dat schilderij. Kleine Beer kan er niets van maken, het is een beetje een vreemd schilderij, met allemaal gekleurde vlakken die niet echt iets voorstellen.

Hij kijkt vragend naar Harde Beer.

“Dit is nu kunst, Kleine. Zie je die lijnen, de kleuren die de kunstenaar gebruikt heeft? Is het niet prachtig?”.  Harde Beer is enthousiast, Kleine Beer merkt het aan alles.

“Wat zie jij erin, Kleine?” vraagt Harde Beer.

 

Beren in het museum

Kleine Beer denkt hard na. Hij vindt het niet echt een mooi schilderij en weet niet goed wat hij moet zeggen. Harde Beer is er zo enthousiast over. “Ik weet het niet zo goed. De kleuren zijn wel mooi.”

“Ja he, ze zijn prachtig! Ik vind het geweldig mooi! Het schilderij lijkt me een heel verhaal te vertellen.” Harde Beer gaat wat dichter bij het schilderij staan en bekijkt het weer intens.

Kleine Beer begint naar andere schilderijen te kijken en ziet er enkele die hij echt mooi vindt. “Ik ga even naar die schilderijen kijken, is dat goed Harde Beer?” vraagt hij , wijzend naar wat hij wil gaan bekijken. “ Ja hoor, is goed”.

Kleine Beer gaat de kamer rond, hij is blij dat ze samen naar het museum zijn gekomen. Hij kan zien dat Harde Beer geniet van al die mooie kunstwerken. Als Kleine Beer alle schilderijen in de kamer heeft bekeken, gaat hij terug naar Harde Beer. Die staat nog steeds aan het kleine schilderijtje. “Ben je daar weer?”

“Ja hoor, Harde Beer, ik vind het een leuk museum!”

“Ja he. Ik blijf fan van dit werkje. Het is zo groot, ook al is het maar klein.”

Kleine Beer snapt er niet veel van. Hij is nog klein, het zal daar wel aan liggen.

“Gaan we buiten picknicken, Harde Beer? Ik krijg een beetje honger.”

“Goed dan, Kleine.” En ze wandelen samen het museum uit en gaan picnicken op een bankje.

Kleine Beer heeft ervan genoten, het museum was prachtig, maar hij mistte Harde Beer wel een beetje doorheen de dag. Maar ook Harde Beer had genoten. Een fijne dag!

Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de puzzel

Puzzel

Kleine Beer is aan de keukentafel aan het puzzelen in Huisje Daar. Het is een rustige dag, het is stil om hem heen. Het is fijn om rustig te kunnen puzzelen.

Het is een leuke puzzel, met veel stukjes. Hij heeft de puzzel gekregen van Harde Beer, de puzzel is een foto van zij met twee, die ridder aan het spelen zijn. Wat was dat een leuk moment! Het toont harde beer die met zijn zwaard zwaait en kleine beer die lachend wegloopt met zijn schild. Wat hebben ze gelachen die dag.Kleine beer vindt het erg leuk om naar te kijken en kan niet wachten tot de puzzel is gelegd. 

Harde Beer komt kijken. “Wat ben je aan het doen, Kleine?” 

“Ik ben de puzzel aan het maken die jij me gaf, Harde Beer.  Leuk he!” Glundert Kleine Beer.

“Da’s goed, Kleine. Ik ga je helpen.” bromt Harde Beer.

 

Puzzel

Harde Beer zet zich mee aan de tafel en pakt een stukje en legt het in de puzzel. 

“Goed gedaan, Harde Beer!”

Harde Beer neemt nog een stukje en legt het opnieuw in de puzzel. En nog een stukje.

Kleine Beer ook wilt verder puzzelen, maar Harde Beer neemt het puzzelstukje uit zijn handen en legt het op zijn plaats in de puzzel. “Dat kan hier.” hoort hij Harde Beer mompelen.

“Harde Beer, mag ik ook nog een stukje leggen?” vraagt Kleine Beer terwijl hij een nieuw stukje neemt. Het is het stukje met het zwaard van Harde Beer. Het lijkt alsof Harde Beer een beetje in zijn eigen hoofd zit en Kleine Beer niet echt hoort.

Harde Beer blijft naarstig puzzelen, maar kleine beer vindt het niet meer zo leuk en laat Harde Beer rustig genieten van de puzzel. Hij gaat rustig in zijn kamer spelen. Iedereen mag eventjes doen wat hij leuk vindt.

Hij zal een volgende keer wel in Huisje Hier puzzelen.

Geplaatst op Geef een reactie

Het verhaal van de nieuwe step

Het verhaal van de nieuwe step

Kleine Beer houdt van steppen. Hij wil dolgraag een nieuwe step! Hij ziet samen met Harde Beer een mooie step staan in de winkel. Helaas is de nieuwe step ook een beetje duur. Het is zeker niet de duurste uit de winkel, maar toch.

Harde Beer zegt nee tegen de mooie step.

“Kleine, daar moet je nu toch je centjes niet aan geven.” Kleine Beer vindt het een beetje jammer, maar ja! Je kan niet alles krijgen wat je wilt.

Kleine Beer en Harde Beer lopen verder door de winkel en opeens blijft Harde Beer staan. Harde Beer ziet de grootste en stoerste step staan van de hele winkel. De step blinkt en heeft een mooie grote toeter. De step is ook de duurste van de winkel!

Het verhaal van de nieuwe step

Harde Beer bewondert de step, kijkt er uitgebreid naar, neemt de handvaten vast en probeert de step uit. Ja, dit is een step die bij hem past. Zijn ogen fonkelen en hij voelt zich geweldig.

Harde Beer twijfelt geen moment en koopt die mooie dure step voor zichzelf! Hij let even helemaal niet op Kleine Beer en loopt enthousiast nog naar de helmen. Ook daar kiest hij een mooi exemplaar.

Kleine Beer snapt er niets van? Hij had graag een gewone nieuwe step, en nu koopt Harde Beer gewoon die hele dure step? En een helm?

Kleine Beer is blij voor Harde Beer, want Kleine Beer wil graag dat Harde Beer gelukkig is. Maar waarom moet Harde Beer weer groter en beter doen dan Kleine beer? En waarom mocht Kleine Beer dan de gewone step niet kopen? Kleine Beer vindt het niet echt eerlijk.

Kleine Beer begrijpt het niet en kijkt vragend naar Harde Beer.

“Ik was al lang op zoek naar een step voor mezelf, Kleine, jouw tijd komt nog wel.”

“Mag ik misschien eens op jouw step rijden, Harde Beer?” vraagt Kleine Beer hoopvol.

“Later, Kleine Beer, later. Laten we nu verder winkelen”.

Kleine Beer kijkt al uit naar het moment dat hij op de step van Harde Beer mag rijden.

Geplaatst op 1 reactie

Het verhaal van de perfecte beelden in het park

Narcisme kinderverhaal
Het verhaal van de beelden in het park

Kleine Beer loopt samen met Zachte Beer door het park.

Het is een zonnige dag en de bloemetjes in het park bloeien. Kleine Beer houdt van de geur en kleuren van de bloemetjes.

Overal waar Kleine Beer kijkt, staan er standbeelden.

Sommigen zijn groot en mooi. En ze blinken!

“Kijk Kleine Beer, dat is een beregoed beeld” zegt Zachte Beer, wijzend naar een statig beeld van beer. Kleine Beer moet er hard mee lachen.

 

Ze wandelen samen verder en kijken naar steeds nieuwe beelden.

Ze komen een paar beelden tegen die barsten hebben en niet zo proper meer zijn. Ze zien een beetje groen en er hangt viezigheid op. Kleine Beer vindt het zo erg voor die beelden. Ze zijn niet zo mooi als ze zouden kunnen zijn.

 

“Moeten ze die beelden niet wegdoen? Ze zijn niet meer mooi, Zachte Beer.”

“Nee Kleine Beer. Je mag niet zo snel iets weggooien. Die beelden moet je poetsen en een beetje herstellen. Dan zijn ze weer goed als nieuw.”

Kleine Beer denkt na. Het lijkt wel veel werk.

“Maar het is toch veel makkelijker ze weg te doen?”

 

Narcisme kinderverhaal

Zachte Beer neemt Kleine Beer bij de hand en brengt hem een stukje verder in het park. “Kijk hier eens naar, Kleine Beer”.

Kleine Beer ziet allemaal stukken steen liggen. Hij begrijpt het niet.

“Vind je dit beeld mooi?”

“Welk beeld, Zachte Beer? Ik zie er geen.”

Zachte Beer wijst naar de stukken steen en zegt: ”Deze stukken steen waren ooit een mooi beeld. Maar als je een beeld niet verzorgt en het niet herstelt, gaat het kapot.”

Kleine Beer kijkt naar de stukken en zegt: “Ook als het een mooi beeld is?”

“Alle beelden, dus ook de mooie. We moeten de beelden verzorgen, dan gaan ze veel langer mee.”

“Zachte Beer, kunnen we volgende keer samen een beeld poetsen dan? Ik wil dat al die beelden zo lang mogelijk mooi blijven.”

Zachte Beer glimlacht en knikt.